Het is weer extreem druk op de Intensive Care (IC), het is overigens al weken weer druk op de IC. Op één of ander manier is het altijd of “rustig en goed te doen” of “waarom doe ik dit werk ook alweer” op de IC.

We liggen helemaal vol met uitzondering van onze crash-bed. Dit betekent dat wij -eigenlijk- niet in staat zijn om voor nog meer patiënten te zorgen. Nou ja, we kunnen wel meer patiënten binnen laten op de IC, maar of je het dan ook goede zorg mag noemen is een ander. Kunnen helaas moeilijk zeggen dat je ‘intensief bewaakt’ wordt als er niemand tijd heeft om te kijken of je zuurstof gehalte nog wel hoog genoeg is. Maar goed dan lig je er wel denken sommigen dan maar.

Het is 08.00uur ’s ochtends en het is meteen raak. Er is een consult op de afdeling (lees: de hulp van de IC is nodig omdat een patiënt op de verpleegafdeling zieker wordt met mogelijke fatale gevolgen). Het gaat om een Covid-19 patiënt. Hoewel de benauwdheid lijkt mee te vallen is het zuurstofgehalte extreem laag. Zeker gezien de omstandigheden, reeds krijgt de patiënt de maximale hoeveelheid zuurstof toegediend (100%) via een zuurstofmasker. De vraag is hoe lang dit goed blijft gaan. De afweging is daarom ook een moeilijke: 1. kijk je de situatie aan en grijp je in op het moment dat het fout gaat (met de kans dat je te laat bent), of 2. grijp je vast in door het ademhalen over te nemen met behulp van een beademingsbuis (met de kans dat het onnodig was, waarbij je wel een patiënt ziekenhuisletsel kan toedienen). Zoals benoemd kan de patiënt er eigenlijk niet bij, maar om een patiënt over te laten aan zijn lot gaat volledig in tegen ieders principes. Zodoende wordt de patiënt boven capaciteit op de IC geïnstalleerd.

Ondertussen is er alweer een tweede consult, ditmaal gaat het om een patiënt met een hersenbloeding. Hierbij is het bewustzijn fors gedaald met een bedreigde luchtweg tot gevolg (lees: de patiënt is niet meer wakker genoeg om zelfstandig te kunnen blijven ademen). Ook dit is een levensbedreigende situatie waar snel gehandeld dient te worden. Gezien we reeds boven capaciteit aan het functioneren zijn (en we nog bezig zijn met het verzorgen van consult #1) wordt besloten om zo snel mogelijk patiënten van de IC over te plaatsen; zij het naar een ander ziekenhuis, of de verpleegafdeling. Naar een ander ziekenhuis vereist hulp van een ambulance, wat best lang kan duren. Tijd dat wij helaas niet hebben. Om een patiënt over te plaatsen naar de verpleegafdeling is helaas ook niet ideaal, eigenlijk plaatsen we iemand over die we -in rustig vaarwater- liever niet overplaatsen. Maar nood breekt wet is dan helaas het credo. Hiernaast hebben de verpleegafdelingen het net zo druk en krijgen die terecht stress bij de gedachte dat zij een IC patiënt vroegtijdig terug moeten nemen.

Terwijl we allen gehaast een boterham naar binnen werken vraagt een collega lachend: “Krijgen we die bonus nou nog of moeten we daarvoor volledig onze lunch missen?!” Waarop volledig filosofisch wordt geantwoord: “Zodra ze hier zelf liggen, dan pas gaan ze het snappen!”