Die ochtend hebben we al hard gewerkt, het is inmiddels 09.30uur en tijd voor de eerste koffiepauze. De pauzes worden opgesplitst en iedere afwezigheid -hoe klein ook- dienen we van elkaar op de hoogte te zijn, dus ook nu dragen we onze patiënten over aan de achterblijvers.
Onderweg naar de koffiekamer is het al een gezellige boel. Even is het dringen geblazen bij het koffie apparaat, maar dan zitten we heerlijk met een kop koffie in de hand. Roel begint te vertellen over zijn eerste ervaring op onze afdeling als beginnend IC cursist, een aantal jaar geleden. Intussen wordt er cake aangesneden en iedereen is een en al oor. Op zijn eerste IC dag mocht hij een patiënt helpen verschonen. De man bleek in zijn darmen extreem vastgelopen. Ondanks verscheidene pogingen, waaronder vele klysma’s, had dit niet geleid tot het op gang komen ervan. Als laatste noodgreep starten we een middel continu via het infuus. Omdat deze medicatie tot instabiele situaties kan leiden dient dit onder bewaking -en dus op de IC- te gebeuren.
Na een slok koffie zegt Roel: “Ik kende dit middel niet en wist dus niet goed wat ik kon verwachten.” Blij dat hij zich nuttig kan maken staat hij klaar met handschoenen aan en wil beginnen. De ervaren collega adviseert hem tevens een schort, mondkapje en spatbril op te doen. Lachend verteld Roel ons hoe verbaasd hij haar aankeek, maar er niets over zei. Trouw volgt hij de instructies op en al snel is het vergelijk met een Marsman gemaakt. De collega staat inmiddels ook in vol ornaat klaar en geeft aan dat zij de beademingskant zal moeten doen (vóórkant van de patiënt tijdens het draaien) en dat hij de achterzijde voor zijn rekening dient te nemen nadat de patiënt wordt gedraaid. Roel vindt dit geen probleem, want verschonen dat kan hij als verpleegkundige tenslotte wel. Blij als hij is dat hij iets kan doen in plaats van de hele dag te moeten toekijken. En zo geschiede, de patiënt wordt op de zij gedraaid, Roel veegt het van achteren schoon en denkt intussen: “Is dit alles? Hoezo sta ik hier als halve Marsman verkleed voor een veegje bruin?”
Net op het moment dat hij het laatste schoon veegt voelt hij plots een windvlaag langs zijn arm roetsjen en met een enorme kracht explosie schiet de meer dan een week vast gelopen inhoud van de darm naar buiten. De bruine stinkende substantie druipt inmiddels via de bedgordijnen naar beneden. Totaal verschrikt kijkt Roel naar zichzelf en ziet tot zijn verbazing dat hij vol met bruine spetters zit. De collega aan de andere kant van het bed zegt lachend: “Roel heb je het ruimtepak ingeruild? Nu lijk je wel een Dalmatiër!” Iedereen in de koffiekamer proest het uit van het lachen en onderwijl laten we ons de koffie met cake goed smaken. “Tja”, zegt Roel met een grote glimlach, “Ik dacht, ik ga een post-HBO opleiding doen, maar aan vieze dingen in dit vak ontkom je blijkbaar nergens.”
Lachend verlaten we de koffiekamer en lossen we de tweede pauze groep af.