Jaren geleden raak ik tijdens de koffiepauze aan de praat met een stagiaire, 18 jaar en mij waarschijnlijk aanziend als een oude rot in het vak. Al pratend bespraken we hoe lang ik in de verpleging zit en welke wegen ik daarvoor heb bewandelt.

Zo bleef mijn dienstverband niet onbesproken. Verbaasd zegt ze: “Werk je maar drie dagen per week?”. Met de nadruk op het woord maar, zal ik maar zeggen. Wat ik de rest van de week uitvoerde werd al snel vraag twee. Ik som haar mijn bezigheden naast maar Berg was24 uur werken op. Kinderen naar en van school. Boodschappen doen, nog wat sportief bezig in de sportschool (tja, je moet iets doen tegen die eeuwige zwaartekracht). Ergens tussendoor je ouders niet vergeten en de berg was lijkt dagelijks wel de Vaalserberg. Na schooltijd komt het pas echt op gang, weer en wind trotserend op weg naar sportclubs, één kind voor- en één achterop. Naast je zwalkt de oudste welke je al rijdend probeert bij te brengen dat niet de gehele breedte van de weg voor hem alleen bestemd is. Spelende vriendjes over en weer, of het organiseren van een kinderfeestje.

Dan niet te vergeten de medische specialisten, fysiotherapeut, logopedist en verplichte bezoekjes aan het consultatiebureau. In de avonden met manlief naar een rapport gesprek, dan wel ouder/informatieavond. Over de nachten met huilende of zieke kinderen maar te zwijgen. Op zaterdag om 08.00uur zwetend bij de zwemles, waarna rijden voor de voetbal en/of kantine dienst bij de hockey. Ik kijk de stagiaire aan en vraag haar: “Heb je nog even?” Want stoffen, zuigen, poetsen behoort ook tot dagelijks tijdverdrijf. Maar je krijgt er wel veel voor terug beloof ik haar met een opgetogen gezicht. De stagiaire zucht en kijkt mij verschrokken aan en zegt: “Oh mijn hemel! Ik zal nooit meer suggereren dat drie dagen werken maar weinig is”. Lachend zeg ik haar: “Hoe kun je dat ook weten als je maar 18 bent!”

Of je wilt of niet, met opgroeiende kinderen ontkom je niet aan strakke tijdschema’s.
’s Morgens vanwege spitsuur dan ook niet te lang na denken over een stilistisch verantwoorde outfit. Willekeurig een shirt en broek uit de kast blijkt efficiënt, bestand tegen kwijlende kinderen, huishoudelijke taken en fietsen in het Hollands klimaat. Helaas kom je altijd op het verkeerde moment iemand tegen welke je jaren niet hebt gezien. Leuk elkaar te spreken, maar waarom heb ik mij die ochtend niet iets meer tijd voor de spiegel gegund vraag ik me dan beschamend af. Geschrokken kom ik tot de conclusie dat mijn kapper bezoek zeker meer dan drie maanden geleden moet zijn geweest. Bij thuiskomst word ik gebeld of ik dit jaar weer collecte wil lopen voor het goede doel. Nadat alle kids schoon op bed liggen, de aanrecht schoon en de wasmachine leeg is check ik nog even snel de e-mail. School zoekt hulpouders voor van alles en nog wat. Ik geef mij op voor de schoonmaak avonden en sportdag en papa gaat mee op Zelfzorgschoolreis. Tja, iedereen moet zijn steentje bijdragen is ook ons motto. Moe maar voldaan ploffen we neer op de bank. Ik verheug me op morgen, een afspraak met mezelf staat gepland in de overvolle agenda.

Even geen moeder/echtgenote/verpleegkundige/collega/dochter/zus, maar gewoon Niekie. Want als je voor anderen met zorg wil zorgen, dien je op zijn minst te zorgen dat je voor jezelf zorgt. Dit maakt dat ik volop overtuigd kan zijn en blijven dat ik een rijk bezit heb en er inderdaad ontzettend veel voor terug krijg.